Huisverbod

Sinds begin 2009 is de Wet tijdelijk huisverbod van kracht. Deze wet kan als instrument worden ingezet voor de aanpak van huiselijk geweld.
Het huisverbod houdt in dat een pleger van huiselijk geweld in beginsel tien dagen zijn of haar woning niet meer in mag en in die periode ook geen contact mag opnemen met de partner of de kinderen.

De maatregel biedt de mogelijkheid om in een noodsituatie te voorzien in een afkoelingsperiode waarbinnen de nodige hulpverlening op gang kan worden gebracht en escalatie kan worden voorkomen. Het huisverbod kan ook worden opgelegd bij kindermishandeling of een ernstig vermoeden daarvan. Na een huisverbod start een intensief hulpverleningstraject voor alle leden van het gezin. In Zeeland wordt bij een huisverbod altijd de ‘Signs of safety’ benadering gebruikt.

Het huisverbod wordt in de vorm van een beschikking uitgereikt door de burgemeester of door de politie indien zij daartoe wordt gemandateerd. De burgemeester kan afhankelijk van de situatie het huisverbod verlengen tot maximaal vier weken. Een uithuisgeplaatste die zich niet aan het huisverbod houdt, kan maximaal twee jaar gevangenisstraf krijgen of een taakstraf. De uithuisgeplaatste heeft de mogelijkheid om tegen het huisverbod in beroep te gaan bij de bestuursrechter.

Het CZW Bureau geeft advies aan gemeenten en provincie voor een gezamenlijk beleid en aanpak van huiselijk geweld.
Meer informatie: Saskia Ummels